Het is allang geen nieuw topic meer: downsizen. Automerken zijn al enkele jaren zonder enige vorm van schaamte bezig met strenge diëten voor hun topmodellen – en ook Bentley doet mee aan die gezonde trend. Waar we de Bentley Flying Spur First Edition nog met een machtige W12 zagen, daar heeft het nieuwste exemplaar een subtielere V8 gekregen. Althans, het is maar wat je subtiel noemt. Deze V8 komt nog steeds met monsterachtige cijfers, twijfel daar niet aan.
De Bentley Flying Spur V8: de buikriem aantrekken zonder negatieve gevolgen?
Het is natuurlijk eventjes slikken voor de persoon die dit soort machtsvertoon het liefst ziet met de W12. Een V8, ondanks z’n explosief karakter én lekker geluidje, is hoe dan ook het inleveren van prestatie. Toch is dat niet altijd een slechte zaak. Per slot van rekening komt zo’n W12 lekker uit de voeten, maar dat doet een V8 ook. En laten we wel wezen: de Bentley-koper die zijn luxepaard flink op de staart trapt is zonder twijfel in de minderheid.
Deze Bentley Flying Spur met V8 is wat ons betreft dan ook absoluut geen ‘mindere’ keuze. De bolide is nog steeds razend snel: in 4,1 seconden tikt men de 100km/u aan, slechts 0,3 seconden langzamer dan z’n ‘dikkere’ broer. Ook de topsnelheid is nog steeds iets om bang van te worden: 318km/u. Het kiezen voor de twaalfcilinder lijkt dan ook meer een principekwestie dan iets anders. Zoals gezegd: ermee scheuren doe je simpelweg niet.
Wie deze bolide in het wild ziet rijden kan voornamelijk aan de uitlaten zien om welke krachtbron het gaat. De W12 is namelijk uitgerust met twee ovalen eindstukken, terwijl de V8 zich kenmerkt door vier kleinere ovalen uitlaten. Is het een slappe poging van Bentley om hun bolides ietwat zuiniger en acceptabeler te maken? Nee, absoluut niet. Sterker nog: wat ons betreft is dit een auto die op geen enkele manier hoeft onder te doen voor z’n grotere broer – tenzij mensen focussen op de cijfertjes, maar ook dat zegt niet alles.