Veel Volkswagen-managers hadden vanwege hun positie tot voor kort recht op een Porsche als ‘auto van de zaak’. Dit privilege is vanaf nu echter verleden tijd, zelfs voor de absolute topmanagers. En daar is een duidelijke, verklaarbare reden voor.

Volkswagen-managers mogen niet meer in een Porsche van de zaak rijden

De beslissing treft ongeveer tweehonderd werknemers die voorheen het recht hadden om een Porsche als bedrijfsauto te selecteren. Volkswagen heeft aangegeven dat de noodzaak om kosten te besparen de belangrijkste drijfveer is achter deze verandering. Hoewel het bedrijf geen exacte cijfers heeft vrijgegeven over het financiële voordeel, is de maatregel een duidelijke stap richting een strikter financieel beleid.

Volkswagen streeft naar een substantiële verbetering van de jaarlijkse winst, met ambitieuze doelstellingen van € 7 miljard in 2025 en € 10 miljard vanaf 2026. Voor het lopende jaar is een winstverbetering van € 4 miljard gepland. Het is echter niet bekendgemaakt hoe groot de financiële voordelen zullen zijn met het doorvoeren van deze maatregel.

De beëindiging van het recht op een Porsche als bedrijfsauto markeert een cultureel keerpunt binnen het concern. Porsche-modellen waren lange tijd een symbool van status en succes voor topmanagers binnen Volkswagen, zeker ook omdat Porsche net als bijvoorbeeld Audi, Seat en Škoda tot te Volkswagen Group behoort.

Bestuursleden van het merk uit Stuttgart wél

Interessant genoeg zijn deze beperkingen niet van toepassing op managers en bestuursleden van Porsche zelf. Zij mogen nog steeds gebruik maken van Porsche-modellen als bedrijfsauto. Dit verschil in behandeling heeft geleid tot ontevredenheid onder de getroffen Volkswagen-managers. Volgens berichten van Tagesschau hebben ‘een paar dozijn’ managers rechtszaken aangespannen tegen het verbod. Deze zaken worden momenteel behandeld door de rechtbank in Braunschweig, wat de interne spanningen binnen het concern benadrukt.