Na 11 jaar van afwezigheid staat er eindelijk weer een Spider in de Fiat-showrooms. De Italianen halen de historische typenaam ‘124’ weer van stal voor het nieuwe paradepaardje. De compacte roadster is onderhuids gebaseerd op de Mazda MX-5, maar heeft een geheel eigen uitstraling. De carrosserie werd in Italië flink onder handen genomen, waardoor deze Bella er karaktervoller uitziet dan zijn Japanse broertje. Onderhuids werd er ook het nodige gesleuteld, hoe dat uitpakt ondervind ik tijdens een weekje flaneren (of kan ik beter sturen zeggen?) door Zuid.

Goed uit de verf

De kleurencombinatie van deze Spider doet ‘m erg goed! Het geheel geeft je direct het gevoel naar Zuid-Frankrijk of Ibiza te cruizen, zonder het dak ook maar één moment te sluiten. De azuurblauwe lakkleur komt vooral bij zonnig weer goed uit de verf, de cognac lederen-bekleding het beste als het dak met dit weer geopend is.

Perfect voor een potje sturen

Het is wel even wennen met instappen, want je moet flink door je knieën. Als je eenmaal zit, zit je perfect en heb je direct zin in een potje sturen. De sportieve zitpositie is beter dan die in de Mazda MX-5, want daarin moet je niet te lang zijn. In deze 124 kun je tot 1.90 meter prima plaatsnemen, langere mensen komen vooral met gesloten kap toch in de knel met het dakje. Fiat creëerde deze ruimte door de 14 centimeter langere koets, waarmee ook de bagageruimte met 10 liter groeide naar 140 liter.

Lees ookPure Luxe Cars reed met de BMW 640i High Executive

Turbomotor uit eigen stal

De Italianen zouden zichzelf niet zijn als ze een Japanse krachtbron gebruikten, dus werd er een turbomotor van eigen stal gehaald. De 1.4-liter MultiAir levert 140 pk en 240 Nm koppel, vooral dat laatste is flink meer dan zijn Japanse broertje levert (150 of 200 Nm). In de praktijk komt dit koppel pas boven de 2.500 toeren vrij en voel je de sportieve Fiat vlot versnellen. Onder dat toerental is er weinig leven in de brouwerij, waardoor je bij lage toeren vooral soepel kunt cruisen. Trap je ‘m flink in, dan gaat dat met een flinke brul en lekkere versnelling. Houd je ‘m in hoge toeren, dan kun je met veel plezier een lekker potje sturen op een verlaten landweggetje of bergpas. Voor dat laatste moet je even een stukje rijden, maar ook dat is geen straf in deze 124 Spider. De besturing is lekker direct en de versnellingsbak schakelt met korte slagen, al merk je wel duidelijk dat de olie moet opwarmen. Koud gaat het schakelen nogal hakerig en moet je het dus met beleid doen.

Een nadeel tijdens snelwegritten is dat je wel veel last hebt van rijgeluiden, zowel met gesloten- als open kap. Die kap is trouwens – onder het mom van gewichtsbesparing – niet elektrisch verstelbaar. In de praktijk brengt dit wel wat skills met zich mee om hem veilig te openen tijdens het rijden, je moet vooral niet te hard rijden. Met een simpele beweging ontgrendel je het kapje, maar je moet ‘m vervolgens weer vergrendelen als ‘ie achter de stoelen verdwijnt. Dit doe je door er een flinke duw op te geven, wat het dus tijdens het rijden niet gemakkelijk maakt. Ik had liever een elektrisch-bedienbare kap gezien, buiten dat het veiliger is ziet het er ook net even wat fraaier uit als je langs de terrasjes van Zuid of de Côte flaneert.

Verantwoord flaneren

De nieuwe Fiat 124 Spider is een echte funcar die je ieder moment een grote glimlach geeft. Je kunt ‘m prima dagelijks inzetten, maar als tweede of derde auto volstaat hij perfect. Zodra het droog is kun je prima cabrioleren, met een dikke jas kun je in combinatie met de stoelverwarming en kachel zelfs met deze lage temperaturen open rijden. De smaakvolle kleurencombinatie maakt ‘m helemaal af, waardoor je overal verantwoord kunt flaneren.

Tekst: Gregory Weller

Fotografie: Jeroen Hanselman