Dure auto’s, een betrekkelijk lastig te omvatten begrip. Voor de een is een auto van enkele tienduizenden euro’s duur, terwijl de ander daar z’n hand niet voor omdraait. Echter, wanneer we praten over enkele tientallen miljoenen, dan kunnen we rustig stellen dat het om een dure auto gaat (lees: extreem dure auto). Sinds een paar dagen is het recordbedrag en het stempel ‘duurste auto ter wereld’ in handen van deze Ferrari 250 GTO. Een waar verzamelobject.
De Ferrari 250 GTO is een gegarandeerd fortuin
Dat we bij klassieke paardjes uit Italië vaak over astronomische bedragen praten, dat was ons al enige tijd duidelijk. Zo hebben we jullie een tijdje terug nog kennis laten maken met deze zilvergrijze Ferrari 275 GTB ‘Shortnose’. Een bijzonder exemplaar en eveneens eentje met een gepeperd prijskaartje; maar liefst €1.999.999 mag het kosten. Toch is dit verre van in de buurt van de prijs voor de gemiddelde 250 GTO. Deze Ferrari staat algemeen bekend als de ultieme top wat betreft klassiekers.
Er zijn in het verleden al diverse Ferrari 250 GTO modellen van eigenaar gewisseld voor astronomisch hoge bedragen. Zo werd er in 2012 een Nederlandse Ferrari 250 GTO in een mintgroen jasje verkocht voor iets meer dan 28 miljoen euro. Dat exemplaar was bijzonder vanwege het feit dat Ferrari ‘m speciaal gebouwd had voor Stirling Moss. Hij heeft er echter nooit in kunnen rijden. Niet veel later werd een vuurrode Ferrari 250 GTO verkocht voor een prijs van 38,5 miljoen euro. Deze nam daarmee de titel duurste auto aller tijden over van z’n mintgroene broertje. Nu is er dus dit zilvergrijze exemplaar om dit titel te claimen.
Deze specifieke 250 GTO was een actieve racer
Het mooie aan de meeste Ferrari 250 GTO’s is het feit dat ze bijna allemaal gebruikt zijn voor de racerij. Vaak is dat tevens het meest lelijke aan de romantiek, want daardoor zijn veel exemplaren vergaan of gerestaureerd (en dus niet meer origineel). Deze 250 GTO is de uitzondering op de regel. De auto heeft namelijk serieuze classificaties achter z’n naam staan. Zo werd de bolide eens vierde algemeen en tweede in z’n individuele klasse tijdens de 24h van Le Mans in 1963. Een jaar later won de auto in de legendarische Tour de France. Kortom, het race-gen heeft ‘m mooie historie opgeleverd.
Bovendien is het een exemplaar dat dus vrijwel geen noemenswaardige schade heeft geleden. Een eigenschap die meteen verklaart waarom de nieuwe eigenaar – David MacNeil – er zoveel geld voor heeft betaald. Een betere investering kun je op dit moment niet doen. Overigens zullen andere 250 GTO eigenaren zichzelf op de borst hebben geklopt bij het horen van dit nieuws. Met een dergelijke verkoopprijs zijn andere modellen direct ettelijke euro’s in waarde gestegen. Het is slechts een kwestie van tijd alvorens de eerste 250 GTO van eigenaar wisselt voor een bedrag van 100 miljoen euro.
Bron: AD