Hoge bomen vangen veel wind. Dat geldt ook voor Rick van Stippent, die recent veel in het nieuws was. In Pure Luxe vertelt hij zijn verhaal, te beginnen met de dag dat hij begon als autopoetser. “Ik was twaalf toen ik mijn eerste auto poetste, en vanaf dat punt is het alleen maar groter gegroeid.”

Rick van Stippent: meer dan alleen het poetsen van auto’s

“Soms denken mensen dat we hier alleen maar auto’s poetsen, maar als je onze video’s volgt, dan weet je dat we veel meer doen. Eigenlijk doen we drie dingen: we poetsen auto’s, we restaureren auto’s en dan hebben we nog onze eigen lijn met poetsproducten. Die verkopen we via de webshop, maar ook bij 60 resellers. Natuurlijk spreken de restauraties het meest tot de verbeelding. Recent deden we een Saab met een half miljoen kilometer op de teller. De eigenaar ervan had zijn zaak opgebouwd vanuit die auto, daarom wilde hij die auto nu helemaal terugbrengen in nieuwstaat. Fabrieksnieuw, zoals we het hier noemen.”

“Maar denk niet dat we dat hier aan de lopende band doen, want een project als die Saab vréét tijd. We hebben er wel een jaar aan gewerkt. Tegen zulke projecten zeggen we vaker ‘nee’ dan ‘ja’, want we moeten ook ruimte houden voor klanten die minder ingrijpende klussen willen laten uitvoeren. Anders dan je misschien denkt, is een auto als die Saab ook meer goodwill dan een verdienmodel, want daarvoor gaat er gewoon teveel tijd in zitten. Als we één of twee van zulke projecten in een jaar doen, heb je het helemaal gehad. Waarom je dit dan in de video’s vaak ziet? In de video’s die ik maak, zie je lang niet alle auto’s voorbijkomen — misschien hooguit eenvijfde. Die andere tachtig procent zie je niet. Maar we hebben hier ook klanten die een seizoen van hun Porsche, Ferrari of Aston Martin hebben genoten en daarna de auto weer terug in nieuwstaat willen hebben.” 

Hoge boom

“De laatste tijd was ik veel in het nieuws, maar niet op de manier waarop ik dat wil. Ik crashte op de A28 met een Lamborghini, waarbij steeds vermeld werd dat de Lamborghini peperduur was — en dan werd ik zelf ook nog omschreven als ‘miljonair Rick’. Ik snap het wel, want ik maak natuurlijk die YouTube-video’s. Dan ben je zo’n hoge boom die veel wind vangt. Je ziet het ook bij sommige bn’ers; tachtig procent vindt het fantastisch wat ze doen, twintig procent vindt het helemaal niks. Zo is dat bij mij ook, al zou ik mezelf zeker geen bn’er noemen. Ik weet toevallig wat van poetsen af en mensen die dat ook leuk vinden, ja, die kennen mij. Maar dat ongeluk vind ik een vervelend onderwerp om over te praten. Niet eens alleen omdat we ermee in het nieuws kwamen, maar het had ook anders af kunnen lopen.” 

Tent

“Veel liever praat ik over mijn bedrijf, dat uit liefde voor auto’s ontstaan is. Als ventje van twaalf ben ik hiermee begonnen, dus nu zeventien jaar geleden. Voor driehonderd euro kocht ik een tent, zodat ik overdekt kon werken. Ik vond het fantastisch om te doen, want zo kon ik veel met auto’s bezig zijn. Tegelijkertijd merkte ik dat er ook geld mee te verdienen was, maar dan kon ik natuurlijk niet blijven werken vanuit een tent die ik ieder weekend opnieuw op moest zetten. Zo belandde ik in een boerenschuur. Onverwarmd, maar ik hoefde ‘m in elk geval niet ieder weekend opnieuw op te zetten. Mijn leeftijdsgenoten zaten in de kroeg, maar ik deed heel wat anders. Ik deed wat ik het liefste deed, en dat doe ik eigenlijk nog — nu al zeventien jaar lang.” 

Fabrieksnieuw

“Natuurlijk zijn we nu op een heel ander punt dan waar ik als jong jochie begon. We werken hier nu met ongeveer 25 mensen. De webshop is een belangrijk deel van wat we doen. Als je vóór drie uur bestelt, krijg je het in vrijwel alle gevallen de volgende dag geleverd. Op sommige dagen gaat hier een hele vrachtwagen met spullen weg om verzonden te worden. Die spullen gaan naar klanten die hier hun auto hebben laten doen en ‘m daarna zelf bij willen houden, maar ook naar autoliefhebbers die zelf aan de slag willen met hun auto.

“En dan is er het hart van wat we hier doen: auto’s weer fabrieksnieuw maken. In sommige gevallen gaat het dan over een poetsbeurt, in andere gevallen over een restauratie. We hebben dat een tijdje geprobeerd met een manager in de werkplaats, maar dat werkte niet. Daarom doe ik dat nu weer helemaal zelf; natuurlijk werken er ook andere jongens aan de auto’s, maar ik houd zelf altijd de eindcontrole. Dat betekent ook dat we selectief moeten zijn in de klussen die we aannemen. Als we verder groeien, zit dat met name in onze lijn van poetsproducten, want onze werkplaats zit echt ramvol.”

Eigen producten

“De mensen die hier hun auto’s brengen, zijn in sommige gevallen de echte topondernemers. Ik ben trots op wat we hier zelf hebben bereikt, met ons team, maar sommige van onze klanten zijn ondernemers die het écht goed hebben gedaan. Die mensen reageren vaak heel anders dan mensen op de online forums. Ik zit liever te ondernemen dan dat ik de hele dag forums lees, maar natuurlijk kom je weleens wat tegen; bijvoorbeeld dat onze poetsproducten rebranded rommel uit China zouden zijn. Terwijl als je weet hoe die lijn tot stand is gekomen… Ik mengde altijd mijn eigen producten, op een gegeven moment zijn we dat gaan verkopen. Ik kocht twintigduizend lege flessen, ontwierp een etiket en stopte dat spul erin — zelf. In een weekend was het uitverkocht. Dat liet me zien dat er vraag naar is. Inmiddels pakken we dat groter aan, maar het overgrote deel van onze producten wordt in Nederland gemaakt. Maar het wordt allemáál volgens onze specificaties gedaan. De verkoopcijfers tonen al aan dat er echt vraag is naar goede producten. Dat is het leuke aan die ondernemers die ik soms spreek. Die komen niet met zure verhalen, maar vinden het leuk om je te helpen, mee te denken over hoe je bedrijf succesvoller kan worden.” 

Jongensdroom

Dat de zaken goed gaan, blijkt wel uit de verhuizing van eerder dit jaar. “We zitten nu op een goede plek, maar we zijn wel een beetje uit ons jasje gegroeid. Daarom gaan we over een tijdje naar het mooiste pand van Nederland — in ieder geval voor wat wij doen”, zei Van Stippent vóórdat de verhuisdozen werden ingepakt.

“Ik zet er bijvoorbeeld mijn eigen collectie neer, maar je ziet er natuurlijk ook geregeld de auto’s waaraan we werken. Voor autoliefhebbers wordt het een dagje uit om daarheen te gaan. Het gebouw is 22 meter hoog, het heeft een binnenoppervlakte van bijna 5.000 vierkante meter, het buitenperceel is 9.600 vierkante meter en dan ligt het ook nog langs de A2. Als het goed is, krijgen we op 1 juni de sleutel en zijn we op 1 september operationeel. Dat zijn de plannen, in mijn video’s vertel ik er in de komende tijd meer over. Met dit pand kunnen we nog meer waarmaken wat we nu ook al doen. Hoe ik dat zelf samenvat? Wij zijn een van de weinige bedrijven waar je met een jongensdroom terechtkunt. Wij maken auto’s die je met geld niet kunt kopen. Die Saab waar ik het eerder over had, vind ik daar een mooi voorbeeld van. Dat vind ik echt de mooie projecten, dat doe ik net zo lief als een Ferrari F40 die al twintig jaar in de garage staat. Voor beiden geldt hetzelfde: je hebt de uitdaging om alles fabrieksnieuw te maken, maar dan beter beschermd. Alles terugbrengen in nieuwstaat, vervangende onderdelen vinden voor de delen die echt niet meer te redden zijn, delen laten maken die niet meer leverbaar of vindbaar zijn.”

Zestien

“Mensen denken weleens dat we hier alles om kunnen toveren in een fabrieksnieuwe auto. In principe is dat ook zo, maar toch kun je het beste een basis hebben die zo goed mogelijk is. Dat doe ik ook voor mijn eigen auto’s. Of het nou een Ferrari is of een Ford Mondeo, ik zoek de beste die ik kan vinden om die vervolgens fabrieksnieuw te maken. Mijn eigen auto’s zijn in de meeste gevallen youngtimers. Die modellen spreken me aan, maar ik hou er niet van om in een oude auto te rijden. Nee, ik wil in een auto zitten die níeuw is, maar die misschien wel tien, twintig of dertig jaar geleden gebouwd is. Want alleen in een nieuwe auto waan ik me weer even dat jochie van zestien dat wegdroomde in de showroom. Zie je nou wat ik bedoelde met jongensdromen? En natuurlijk, ik rijd zelf ook echt wel met mijn auto’s. Maar ik probeer ze wel nieuw te houden, het is niet zo dat ik ze een paar jaar afjakker en dan wéér nieuw maak. Hoe ver dat gaat? Als het regent, pak ik de fiets.” 

Tekst: Perry Snijders